Opleiding Handhaving waterwetgeving (water-HAMIL)
DE BROCHURE VOOR DE WATER-HAMIL-UITVOERING 2023-2024 WORDT EIND MAART OP DE WEBSITE GEPLAATST.
Inleiding
In september 2022 start, naast onze reguliere Hamil-opleiding, een water-HAMIL (opleiding Handhaving waterwetgeving). Waarom? De kennis die toezichthouders van Rijkswaterstaat en waterschappen nodig hebben wijkt deels af van hetgeen milieu-toezichthouders moeten weten. De inhoud van de water-Hamil is toegeschreven naar het werkveld van waterkwaliteitsbeheerders.
Er staat veel te gebeuren op het gebied van omgevingsrecht. De Omgevingswet komt er aan en dit heeft ook grote gevolgen voor de waterkwaliteitsbeheerders. Dit kunnen we als lastig ervaren, maar ook als investering in de toekomst en in werknemers. Water vormt een onderdeel van een veel groter geheel, zowel op lokaal, regionaal als landelijk niveau. Dit vraagt naast kennis van wet- en regelgeving, de wil om integraal en samen met andere overheden te werken. Dat betekent meer empathie voor andermans denkwijze en ook veerkracht en weerbaarheid oftewel resilience.
De kern van de water-HAMIL wordt gevormd door handhaving van waterwetgeving. Aangezien de Omgevingswet naar verwachting op 1 januari 2023 van kracht wordt, gaan de regels tijdens het opleidings[1]jaar sterk veranderen. Uitgangspunt bij uitvoering van de Water-HAMIL 2022-2023 zal de Omgevingswet zijn, tenzij invoering van de Omgevingswet wordt uitgesteld tot na juni 2023. Uiteraard wordt in de opleiding ook aandacht besteed aan de huidige wet- en regelgeving en aan de overgangsregelingen.
Van moetisme naar moreel besef!
Het is de hoogste tijd dat we in Nederland de deadline, gesteld door de Europese kaderrichtlijn water, gaan halen, mede door voldoende kennis van en inzicht in de water[1]wetgeving. Onder andere Natuurmonumenten dringt er op aan dat rijk, provincies en gemeenten alles op alles gaan zetten om de doelen van de Kaderrichtlijn water te halen en er voor te zorgen dat de Europese commissie geen boetes en dwangsommen gaat opleggen. Het is nu of nooit. De wens om een goede opleiding op het brede gebied van wateromgeving te verzorgen bestaat bij Mibacu al heel lang en nu zetten we de stap. Mibacu is er klaar voor, stap in.
Eindtermen van de opleiding
Na het volgen van deze opleiding is de cursist:
- Op de hoogte van het belang van de Europese Kaderrichtlijn Water.
- Op de hoogte van de wijzigingen in de waterwetgeving door invoering van de Omgevingswet.
- Bekend met de inhoud van de Omgevingswet en onderliggende wetgeving, voor zover van belang bij toezicht en -handhaving van de waterwetgeving.
- Bekend met het overgangsrecht van onder andere Waterwet, Wet algemene bepalingen omgevingsrecht en Activiteitenbesluit en -regeling naar de nieuwe wetgeving.
- Bekend met veel voorkomende technische aspecten binnen toezicht op de waterwetgeving.
- In staat zich een beeld te vormen van de gedragingen van milieugevaarlijke stoffen (risico-factoren), met name in aquatisch milieu.
- In staat controles voor te bereiden en uit te voeren op basis van (water) vergunningvoorschriften en/of de algemene voorschriften.
- In staat signaaltoezicht uit te voeren op de andere werkvelden van omgevingsrecht.
- In staat bevindingen te rapporteren.
- Bekend met zijn of haar toezichthoudende bevoegdheden.
- In staat handhavend op te treden conform de landelijke handhavingstrategie (LHS).
- In staat bestuurlijke handhaving af te zetten tegen strafrechtelijke, dan wel civielrechtelijke handhaving.
- Bekend met de Algemene wet bestuursrecht, de beginselen van behoorlijk bestuur en de eisen waaraan een beschikking moet voldoen.
- Vertrouwd met de begrippen last onder bestuursdwang, last onder dwangsom en bestuurlijke strafbeschikking milieu.
- In staat tijdig te signaleren welke specialisten en/of juristen moeten worden ingeschakeld.
- In staat doelgericht, helder en empatisch te communiceren en om te gaan met conflictsituaties.
- In staat om betrokkenen te bewegen alsnog de wetgeving na te leven of te wijzen op de consequenties van hun handelen.
- Bewust van eigen verantwoording bij toezicht, handhaving en gedogen.
Toezichthouders en handhavers, werkzaam binnen de waterwetgeving bij Rijkswaterstaat, een waterschap of een hoogheemraadschap. Van deelnemers wordt verwacht dat ze een opleiding hebben op tenminste MBO-niveau of door ervaring over een vergelijkbaar werk- en denkniveau beschikken.
Opzet
De opleiding is opgebouwd rondom de waterwetgeving en de bijbehorende handhavingsinstrumenten. Kern van de opleiding wordt gevormd door de regels rondom watervergunningen met voorschriften en bedrijfsmatige lozingen. Uitgangspunt is de Omgevingswet, maar ook de huidige regels op gebied van waterwetgeving krijgen aandacht, zoals Waterwet, Activiteiten[1]besluit milieubeheer, Besluit bodemkwaliteit, Besluit lozingen buiten inrichtingen en Besluit lozing afvalwater huishoudens. De Waterwet gaat samen met 25 andere wetten op in de Omgevingswet. Veel inmiddels vertrouwd geachte elementen van de Waterwet komen min of meer ongewijzigd terug in de Omgevingswet, maar voor enkele onderdelen is sprak van echt nieuwe regels. Kijk bijvoorbeeld eens naar de brede werking van artikel 4.187 van het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal), een zorgplichtartikel voor het lozen van afvalwater, en de nieuwe handhavingsplicht op grond van artikel 18.1 onder C van de Omgevingswet.
Het doel van de opleiding is deelnemers kennis en vaardigheden aan te reiken om toezicht te kunnen houden op naleving van relevante waterregelgeving en daarbij signaaltoezicht uit te kunnen voeren op naleving van de overige wetgeving binnen het omgevingsrecht. Er wordt tijdens de cursusdagen de nadruk gelegd op wat we gaan leren in plaats van wat we gaan doen!
De opleiding bestaat uit 34 lesdagen, met de volgende onderdelen:
- waterwetgeving en omgevingsrecht
- uitvoering van controles op directe en indirecte lozingen, zowel industrieel als agrarisch, en de keur/waterschapsverordening
- handhaving (bestuurs- en strafrecht, LHS)
- technische aspecten (waaronder milieuhygiëne, zuiveringstechnieken en monsterneming)
- effectief communiceren
- praktijkdagdelen
- integrale casus.
De opleiding is praktijkgericht; het lesmateriaal wordt zoveel mogelijk besproken aan de hand van foto-, film- en casusmateriaal. Van de deelnemers wordt een actieve houding verwacht bij het uitwerken van vraagstukken. De studiebelasting bedraagt ongeveer 8 uur per week, naast de contacturen, afhankelijk van vooropleiding en werkervaring van de deelnemer.
Docenten
De docenten van de opleiding behoren tot ons vaste docententeam. Ze zijn werkzaam in de praktijk van toezicht, handhaving en advisering van waterwetgeving en/of omgevingsrecht en beschikken over ruime werkervaring op dit terrein. Daarnaast worden enkele dagdelen verzorgd door gastdocenten van Rijkswaterstaat.
Examen
Het examen bestaat uit twee onderdelen:
- uitvoeren, analyseren, beschrijven en presenteren van een controle op gebied van waterwetgeving;
- afleggen van een integraal mondeling examen, waarin de cursist moet aantonen zelfstandig in de praktijk van toezicht en handhaving te kunnen opereren.
De opleiding wordt afgesloten met één integraal examen, om te waarborgen dat de cursist niet alleen kennis heeft van de afzonderlijke onderdelen, maar ook de dwarsverbanden ziet en kan toepassen; een eerste vereiste voor het uitvoeren van toezicht.
Bij onvoldoende resultaat krijgt de kandidaat één herkansing, de periode tussen examen en herexamen bedraagt tenminste twee weken.
Om de cursist de mogelijkheid te geven zelf te toetsen of de opgedane kennis van de tot dan toe behandelde lesstof voldoende is voor het mondeling examen, zullen in de loop van de opleiding enkele schriftelijke toetsen worden afgenomen. De resultaten van deze toetsen tellen niet mee bij de beoordeling van het mondeling examen.
Wanneer de opleiding is gevolgd en beide onderdelen met voldoende resultaat zijn afgelegd, ontvangt de kandidaat een diploma ‘Water-HAMIL’.
Uitvoering
De opleiding Handhaving waterwetgeving wordt uitgevoerd te Utrecht en kan ook in-company worden verzorgd voor uw organisatie.
De uitvoering bestaat uit:
- een tweedaagse introductie: 14 en 15 september 2023
- vierendertig hele lesdagen: iedere donderdag van 21 september 2023 tot en met 23 mei 2024, met uitzondering van de reguliere vakanties, en 4 dinsdagen verspreid over het cursusjaar.
- integraal mondeling examen: week 24 (en 26) van 2024
Kosten
De kosten voor deze opleiding bedragen tussen de € 3.900,- en € 5.300,- exclusief 21% BTW per persoon, afhankelijk van het aantal deelnemers. Bij dit bedrag is inbegrepen de kosten voor introductiedagen, lesmateriaal en examen.
Introductiedagen
De opleiding start met een tweedaagse introductie op locatie, waar de deelnemers elkaar en de opleiding leren kennen. De meerwaarde hiervan heeft zich al vele jaren bewezen; er ontstaat een groep waarbinnen zoveel mogelijk gebruik gemaakt wordt van elkaars kennis en kwaliteiten.
Lesmateriaal
Het lesmateriaal wordt digitaal aangeleverd; wij gaan ervan uit dat de deelnemer zelf beschikt over een laptop of tablet, om de pdf-bestanden tijdens de lessen te kunnen lezen. De deelnemers ontvangen een lesmap met per cursusdag een papieren versie van de hand-outs.